Waar let ik op bij het invriezen?
In principe kan je alles invriezen. Het eindresultaat is echter niet altijd hetzelfde. Producten van goede kwaliteit komen in aanmerking voor invriezen. Waar moet u opletten bij het invriezen?
Alle basisproducten kunnen diepgevroren worden en later in de keuken te bereiden. Alle stoofgerechten zijn goed in te vriezen, waarna ze weer opgewarmd worden en verfijnd, met een zeer goed resultaat. Echter, de kwaliteit van de producten moet van bij het vertrek optimaal zijn.
De volgende punten zijn bepalend voor het invriezen:
De dag voordat we gaan invriezen zetten we de vriezer op maximum. De thermostaat wordt uitgeschakeld, de motor blijft draaien en er wordt kou geproduceerd.
- -25˚C: minder geschikt om in te vriezen
- -30˚C: kan invriezen
- -35˚C: goed toestel om in te vriezen
De temperatuur wordt aangegeven door een thermometer in de diepvriezer.
De dag erna kunnen de producten in de vriezer gelegd worden en de temperatuur zal weer stijgen. De temperatuur mag niet hoger komen dan -15˚C. Anders daalt de voedingswaarde van de producten die zich al in de vriezer bevinden. Is de vriezer gevuld, laat de motor nog 24 uur volop draaien. Daarna mag het toestel teruggeschakeld worden naar de normale stand.
Waar leg ik de in te vriezen producten?
Maak de zijwanden vrij en stapel de in te vriezen producten tegen de zijwanden. In de wanden zitten koelelementen. Via de wanden komt de kou dus in de diepvriezer. Begin achteraan rechts en stapel zo verder. Laat de producten 24 uur lang tegen de wand liggen. Draai na 12 uur de pakjes vlees om.
Hoeveel producten leg ik in de diepvriezer?
Elke diepvriezer heeft zijn capaciteit, welke afhankelijk is van de inhoud van het toestel. Vries nooit meer dan 10% van de totale inhoud van het toestel in. Gebeurd dit wel, verloopt het invriesproces te traag, waardoor kwaliteit van het voedsel verloren gaat. Hoe sneller het product wordt ingevroren, hoe beter.