Traditionele Spaanse recepten uit Baskenland
Lange tijd is de Baskische keuken de beste van Spanje geweest. Tegenwoordig zijn er twee soorten keukens. De overvloedige traditionele Baskische met veel vlees, vis, stoofgerechten en smakelijke toetjes. De andere is een buitengewoon verfijnde en creatieve keuken die zijn oorsprong vindt in de traditionele keuken. Een revolutie die een tiental jaren geleden is ingezet en die heden ten dage in de hele wereld meesterkoks kent.
Carpaccio de bacalao
Carpaccio van gedoorgde stokvis
Ingrediënten:
- 300 gram stokvis
- 2 rode paprika's
- 50 ml olijfolie virgen 1
- 2 teentjes knoflook
- zwarte peper
- balsamico azijn
Bereidingswijze:
De stokvis ontzouten, in plastic folie wikkelen en 24 uur in de vriezer leggen. Rooster de rode paprika's. Nadat ze afgekoeld zijn pellen en in kleine stukjes snijden. De knoflook snijden en in een beetje olijfolie goudbruin bakken. Daarna goed laten uitlekken. Een half uur voor het serveren de stokvis uit de vriezer halen. Om de stokvis zo dun mogelijk te snijden moet de vis halfbevroren zijn. Gebruik voor het snijden een snijmachine. Leg de plakken op het bord waarop de carpaccio geserveerd wordt. De vis even in de oven verwarmen. Leg daarna in het midden een bergje paprika. Besprenkel het geheel met een paar druppels balsamico azijn en strooi er het knoflook mengsel overheen. Met een beetje peper op smaak brengen.
Chipirones encebollados
Pijlinktvisjes met uien
Ingrediënten:
- 1/2 kilo pijlinktvisjes
- 4 uien
- 4 groene paprika's
- 1 grote lepel olijfolie
- zout
Bereidingswijze:
Snipper de uien en smoor ze met de olie en een beetje zout totdat ze glazig zijn. Haal ze uit de pan. Nu de paprika's schoonmaken, in kleine stukjes snijden en ze in de olijfolie zachtjes bakken tot ze zacht zijn. Intussen de pijlinktvisjes schoonmaken en aan het paprikamengsel toevoegen. Het geheel een tijdje laten smoren. Daarna de gesmoorde uien toevoegen en het geheel net zo lang op het vuur laten staan tot de pijlinktvisjes zacht zijn.
Pastel vasco
Baskisch gebak
Ingrediënten
- 1/4 kilo meel
- 1/4 kilo roomboter
- 100 gram amandelen
- 3 eieren
- frambosenjam
- 1 1/2 lepeltje gist
- zout
De amandelen fijnstampen. Doe het meel met een snuifje zout en de gist, de fijngestampte amandelen en de suiker in een grote kom. Als alles goed door elkaar is gemengd de roomboter toevoegen en het geheel met de handen kneden totdat het een homogene massa is. Hieraan een heel ei toevoegen en de eidooier van een tweede ei. Goed er doorheen mengen. Het deeg in een keukendoek een uur in de koelkast leggen. Een beetje bloem op het aanrecht strooien zodat het deeg er niet aan kan vastplakken. Met een deegroller uitrollen tot het de maat van de bakvorm heeft. De beste bakvorm is die van een quiche.
De bakvorm met boter invetten en de bodem met suiker bestrooien. Het deeg in de bakvorm doen, het overgebleven ei kloppen en met een kwastje op het deeg smeren. De taart opvullen met frambosenjam en gedurende 45 minuten op 180 graden in de oven zetten. Als de taart klaar is af laten koelen.
¡Buen provecho!
Eet smakelijk!