Tapas heerlijk Spaans: Tapas recepten en gerechten

Tapas, de heerlijke spaanse voorgerechtjes, zijn ideaal om bij speciale gelegenheden te serveren. Het zijn voorgerechtjes die zowel warm als koud opgediend kunnen worden. Ze zijn verkrijgbaar in de meeste bars en de zogeheten 'wijnbars'; ook wel: tascas en bodegas, in Spanje. Je kunt tapas eten op verschillende momenten van de dag. Meestal worden ze voor de lunch of voor het avondeten genuttigd. In Nederland zijn tapas tegenwoordig mateloos populair.

Warning: Undefined array key 5 in /data/sites/web/interatenl/subsites/infonu.nl/include/config.inc.php on line 362

Warning: Undefined array key 6 in /data/sites/web/interatenl/subsites/infonu.nl/include/config.inc.php on line 362

De oorsprong van tapas

Oorspronkelijk komen tapas uit Andalusië. Het woord tapas komt van het Spaanse woord tapar, dat bedekken betekent. Tapa betekent dan ook deksel. Deze benaming komt voort uit het feit dat men in Andalusië vroeger sneetjes brood over hun glazen wijn legden om geen vliegen of andere viezigheid in hun glas te krijgen. Hieruit volgde het idee van de Andalusiërs om kleine hapjes op dat brood te leggen en op die manier ontstonden de tapas zoals we ze nu kennen. Een andere verhaal over het ontstaan van de tapa vertelt dat herbergiers een plakje rauwe ham of chorizo over het glas legden om zo vliegen weg te houden. Later werd het brood of de rauwe ham vervangen door een klein schoteltje met een hapje erop.

Tips voor het serveren van tapas

Wanneer u besluit zelf tapas te maken, is het verstandig om deze te serveren in aardewerken bakjes. Deze bakjes houden de tapas die koud moeten blijven koud, en de tapas die warm moeten blijven, warm. Vooral op lange zomeravonden is het fijn om buiten lang te tafelen, en dan is het fijn wanneer uw tapas op temperatuur blijven. Eigenlijk is het woord tapas niet zozeer een benaming van een soort gerecht, het is eerder een 'manier van eten'.

Tapas smaken het lekkerst met een goed glas wijn of een glaasje sherry. Wanneer u uit eten gaat voor tapas, krijgt u hoogstwaarschijnlijk een ruime keuze aan tapas op de menukaart te zien. Tapas kunnen gerechten met allerlei verschillende ingrediënten zijn; brood, olijven, kaas, worst, diverse vlees- en vissoorten, zelfs groenten.

Natuurlijk hoeft u niet perse uit eten te gaan om de Mediterrane te proeven. Als u zelf thuis aan de slag gaat met allerlei tapasrecepten, bent u gegarandeerd van succes bij uw tafelgenoten. Er is voor ieder wat wils, door de vele variaties die tapas kunnen bieden.

Dip met aubergine en paprika

Wat heeft u nodig:

2 grote rode paprika's

2 grote aubergines

4 eetlepels spaanse olijfolie

2 teentjes knoflook

1 citroen

1 theelepel paprikapoeder

zout en peper

vers of knapperig brood

Wat moet u doen:
Verwarm de oven voor op 190 graden. Neem een vork en prik hier en daar gaatjes in de schil van de aubergines en paprika's. Bestrijk de groenten hierna met ongeveer 1 eetlepel olijfolie. Leg de aubergines en paprika's op een bakplaat en rooster ze voor zo'n 45 minuten. Schrikt u niet wanneer de schil van de groenten zwartblakert; dit hoort er bij. U bent klaar met roosteren wanneer de schil dus zwart is, de aubergine heel zacht en de paprika's wat ingezakt zijn.

Leg de gare groenten in een kom en leg hier overheen een theedoek. Laat dit een kwartiertje zo staan. De groenten moeten genoeg afgekoeld zijn zodat u ze kunt vastpakken. Let op: de groenten zijn echt erg heet wanneer ze uit oven kom en slap bovendien. Brandt u dus niet!

Wanneer de groenten zijn afgekoeld, snijdt u de aubergines in de lengte door. U kunt nu het vruchtvlees er heel gemakkelijk uitscheppen. Gooi de schil weg. Snijdt het vruchtvlees in grove stukken. Van de paprika's verwijdert u de steel en de zaadlijsten. Snijdt ook de paprika in grove stukken.

Verhit 3 eetlepels olijfolie in een koekenpan en bak de groenten 5 minuten. Voeg in de laatste halve minuut de knoflook toe en bak deze nog eventjes mee.

Laat de groenten uitlekken op keukenpapier. Het is de bedoeling dat u de groenten in erg kleine stukjes snijdt. Dit kunt u het makkelijkst doen met een keukenmachine of blender (op grove stand). Voeg citroenschil en citroensap, koriander, paprikapoeder, zout en peper toe aan de groenten. Verwerk het mengsel tot een puree. Maak de puree niet te fijn; het is mooier als u nog kunt zien wat de ingredienten zijn en het geeft meer kleur aan uw gerecht.

Doe de aubergine-paprikadip in een kom en serveer deze warm of op kamertemperatuur. U kunt de dip ook koud serveren, maar dan moet u de dip eerst een half uur in de koelkast hebben gezet.

Serveer deze dip met grove stukken brood, vers of knapperig.

Eet smakelijk!

Tapasrecept: Gemarineerde olijven

Je houdt er van, of je houdt er niet van. Olijven zijn een delicatesse die veel mensen moeten leren eten. Wanneer u tapas serveert mogen deze lekkere hapjes eigenlijk niet ontbreken. Om de smaak van de olijven net dat beetje extra te geven, kunt u ze marineren. Om de smaak van de olijven het best tot hun recht te laten komen, moet u dit gerecht zo'n 2 weken voor het serveren al bereiden.

Wat heeft u nodig:

450 gram groene olijven zonder pit. U kunt er voor kiezen deze uit blik of pot te nemen, maar bij bijvoorbeeld een Turkse 'toko' zijn ook vaak de heerlijkste olijven te verkrijgen (en vers bovendien!). Laat de olijven goed uitlekken.

4 teentjes knoflook (reeds gepeld)

2 theelepels korianderzaad

1 citroen

4 takjes tijm

4 takjes venkel

2 rode pepertjes

peper

spaanse olijfolie

Wat moet u doen:
Leg de olijven op een plankje en tik er zachtjes met een deegroller op. Op deze manier zullen de olijven een klein beetje openknappen, waardoor ze de smaken van de marinade beter in zich op kunnen nemen. Je kan ook elke olijf even een klein beetje in de lengte opensnijden met een scherp mesje.

Kneus de knoflookteentjes en het korianderzaad met een groot mes, of in een vijzel. Snijd de citroen met schil en al in kleine stukjes. Meng de olijven, knoflook, korianderzaad, citroen, tijm, venkel en eventueel de pepertjes (dit maakt de marinade lekker pittig) in een grote kom. Voeg een beetje peper toe (maar wees zuinig met de peper als u al de rode pepertjes heeft toegevoegd!). Zout toevoegen is niet nodig, olijven zijn al zout van zichzelf.

Alle ingredienten uit de kom, schenkt u in een afsluitbare glazen pot of schaal. Schenk olijfolie bij de ingredienten tot de olijven bedekt zijn. Hierna doet u de deksel er op en laat het 24 uur staan op kamertemperatuur.

Dit gerecht moet u eigenlijk ruimschoots van tevoren al maken, want de olijven smaken het lekkerst als u ze al ruim 1 a 2 weken van tevoren heeft bereid. Gedurende die 2 weken hebben de olijven alle smaken van de ingredienten in zich op kunnen nemen. Af en toe moet u de pot of schaal even schudden.

Wanneer u de olijven serveert, neemt u ze uit de olijfolie. Serveer er coctailprikkertjes bij.

De olijven blijven enkele maanden goed wanneer u ze in de koelkast bewaard. En onthoud; hoe langer de olijven gemarineerd zijn, des te beter de smaak is. De olie waarin de olijven gemarineerd zijn, moet u niet weggooien. Dit kunt u namelijk nog prima gebruiken om mee te koken of als sladressing!

Tapasrecept: Gevulde kerstomaatjes

Dit gerecht is makkelijk en snel te bereiden en ideaal als u in weinig tijd toch veel tapasgerechten op tafel wilt hebben staan. Met dit recept kan ook gevarieerd worden door in plaats van kerstomaatjes gewone tomaten te gebruiken. De tomaatjes kunt u vullen met verschillende vullingen; voor elk wat wils!

Wanneer u ervoor kiest dit gerecht te bereiden met kerstomaatjes, heeft u er zo'n 24 nodig. Heeft u liever gewone tomaten, dan neemt u er ongeveer 10.

Wat heeft u nodig:

4 kerstomaatjes of 10 gewone tomaten

Als eerste verwijdert u het steeltje van de tomaat. U haalt het topje van de tomaat er met een scherp mes vanaf. Ook van de onderkant van de tomaat verwijdert u een dun plakje, zodat de tomaat gewoon rechtop kan blijven staan. Op die manier rollen alle tomaatjes niet om wanneer u ze serveert. Schep daarna de zaadjes er met een klein lepeltje uit. Laat de tomaatjes daarna op een stukje keukenpapier uitlekken.

Ingredienten voor de vulling

Vulling met olijven en kappertjes

12 zwarte olijven zonder pit

3 eetlepels kappertjes

6 eetlepels aioli*

zout en peper

Het bereiden van de aioli is niet moeilijk. Klop 4 eidooiers los in een kommetje en voeg hier 2 eetlepels citroensap aan toe. Voeg daarna 1.5 deciliter olijfolie al roerend langzaam toe aan dit mengsel. Steeds een klein scheutje toevoegen dus, tot alle olijfolie vermengd is tot een mooie gladde 'saus'. Daarna snijdt u vier knoflookteentjes heel fijn en voeg dit toe samen met wat zout (en peper en citroensap) naar smaak.

Laat de kappertjes en olijven eerst goed uitlekken op een keukenpapiertje en doe ze in een kom. Hier voegt u de aioli aan toe. Met een beetje zout en peper brengt u het mengsel op smaak. Met een spuitzak spuit u het mengsel gemakkelijk in de tomaatjes, maar met een klein lepeltje wil het ook prima.

Vulling met ansjovis en olijven

50 gram ansjovis in olijfolie uit blik

10 groene olijven met piment, fijn gesneden

2 hardgekookte eieren, fijn gesneden

zout en peper

Laat als de ansjovis eerst uitlekken op een keukenpapiertje, dep de vis voorzichtig. Gooi de olijfolie nog niet weg, dit gebruiken we later nog. Snijd daarna de ansjovis in fijne stukjes en doe het in een kom, voeg hier de fijngesneden eieren aan toe. Voeg wat olijfolie uit het blikje toe aan de ansjovis en het ei en roer tot het een smeuig mengsel wordt. Voeg hierna peper toe, en een heel klein beetje zout (onthoud dat ansjovis erg zout is van zichzelf). Goed roeren.

Vulling met krab en mayonaise

180 gram krab uit blik, uitgelekt

4 eetlepels mayonaise, kies eventueel voor een lightmayonaise, maar gebruik geen fritessaus

1 eetlepel bladpeterselie, fijngehakt

zout en peper

Deze vulling is in een mum van tijd gemaakt. U mengt de mayonaise met de fijngensneden stukjes krab en de peterselie in een kommetje. Roer het mengesel en voeg naar smaak zout en peper toe.

Serveer dit gerecht koud. Wanneer u het nog niet direct wilt opeten, kunt u het bewaren in de koelkast.

Knoflookchampignons

Wanneer u een tapasmaaltijd gaat bereiden, is het leuk om allerlei variaties aan tapas op tafel te hebben staan. Een gerecht dat bij veel mensen in de smaak zal vallen zijn de gebakken knoflookchampignons. Ze zijn makkelijk te bereiden en in een mum van tijd klaar.

Dit gerecht wordt bereid met champignons. Maar op dezelfde wijze kunt u dit recept ook toepassen op andere groenten zoals cantharellen of courgettes*. Wanneer u het gerecht met courgettes bereidt, moet u, alvorens de knoflook aan de olie toe te voegen, eerst een uitje lichtbruin meebakken.

Wat heeft u nodig:

450 gram champignons*

5 eetlepes olijfolie

4 eetlepels bladpeterselie, vers indien mogelijk

knapperig brood

2 teentjes knoflook, in fijne stukjes

vers citroensap

zout en peper

Wat moet u doen:
Ontdoe eerst de champignons van eventuele restjes zand. Borstel ze schoon en snijd de steeltjes af tot vlak onder de hoedjes. Was de champignons niet af onder de kraan. Snijd elke champignon in 4 partjes. Verhit de olie in een koekenpan tot de olie begint te walmen. Voeg daarna de knoflook toe en fruit deze in korte tijd bruin. Doe de champignonpartjes in de koekenpan en zet het vuur wat lager. Roer de champignons net zo lang tot ze al de olie uit de pan hebben opgenomen. Zet daarna het vuur nog wat lager. U zult zien dat het vocht weer uit de champignons zal trekken.

Zet het vuur weer hoog en roer door de champignons tot al het vocht verdampt is. U kunt wat citroensap, peper en zout naar smaak toevoegen. Voeg als laatste de peterselie toe en laat het geheel nog 2 minuutjes sudderen.

Serveer de champignons warm. Met wat brood kunt u het kookvocht deppen. Dit smaakt lekker fris naar citroen en peterselie.

Spaanse tortilla's

Dit tapasgerecht is een klassieker onder de tapas. Van vroeger uit werd het gerecht al veel gebruikt voor bij picknicks en dergelijke. Met dit recept voor tortilla's kun je eindeloos variëren doordat je diverse gerechten kan toevoegen. Maar, de meeste Spanjaarden houden het gerecht liever simpel.

Wat heeft u nodig:

450 gram vastkokende aardappels

2 uien, fijngesneden

2 eieren

4,25 dl. spaanse olijfolie

zout en peper

Wat moet u doen:
Schil eerst de aardappels en snijd ze daarna in kleine blokjes. Leg de aardappelblokjes even te drogen op een theedoek of keukenpapier. Verhit de olijfolie in een grote koekenpan totdat de olie wat begint te 'walmen'. Voeg dan de aardappelblokjes en de fijngesneden ui toe. Zet het vuur wat lager. De aardappels moeten in ongeveer 20 minuten gaar worden, ze mogen echter niet bruin worden! U zult dus af en toe moeten roeren. Juist het lange bakken maakt het recept bijzonder, want doordat de aardappeltjes in lange tijd worden gaar gebakken, blijft de smaak van de olie.

Intussen kunt u de eieren los kloppen in een kom en voeg aardig wat zout en peper toe. Over een andere kom legt u een zeef waarin u de aardappelblokjes met ui legt. De olie van de aardappeltjes wordt zo opgevangen in de kom. Die olie moet u bewaren voor later. Daarna kunt u de aardappelblokjes en ui mengen met het eiermengsel. Roer het geheel voorzichtig om.

Van de opgevangen olie van daarnet, neemt u twee eetlepels olie en verhit dit in de koekenpan. Op laag vuur, voegt u het mengsel van aardappelblokjes, ui en ei toe. Bak dit gedurende 3 a 5 minuten, totdat de onderkant net gestold is. Druk de aardappels met een spatel in de eieren zodat ze niet uitsteken en blijf de tortilla die zo ontstaat steeds losmaken van de bodem van de koekenpan.

De bovenkant van de tortilla moet ook gebakken worden. Giet eerst de olie af. Daarna kunt u de tortilla omdraaien op dezelfde wijze als u een pannenkoek zou omdraaien. Neem een pannendeksel of bord, leg deze op de tortilla en draai de pan om. De tortilla valt dan op het bord. Zet de pan weer op het vuur. Voeg eventueel weer ietsje olie toe. Leg de tortilla (met de gebakken kant naar boven) weer in de pan en bak deze nog 3 a 5 minuten op laag vuur. De tortilla is gaar als de buitenkant stevig en knapperig is, de binnenkant moet nog een beetje vochtig zijn.

De tortilla moet een kwartiertje afkoelen in de pan. U kunt er voor kiezen de tortilla warm of koud te serveren, of in punten, reepjes enz. U kunt ook nog andersoortige tortilla's maken om naast deze tortillavariant te serveren. Zo kunt u ook ingredienten aan het eiermengsel toevoegen (gelijktijdig met de aardappels en ui) zoals ham, chorizo, spek, kaas, champignons, paprika, pepertjes of artisjokharten.

Eet smakelijk!