Vieze ingrediënten in alledaags eten
Geplette luizen, bevergeil en luizenpoep. Het zit allemaal in je eten. Zonder dat we het beseffen, eten we vaak de meest vreemde ingrediënten. Hoewel de ingrediënten op het etiket staan, is het niet altijd duidelijk waar het precies om gaat. Veel ingrediënten worden namelijk aangeduid met een E-nummer of een algemene term, zoals 'natuurlijke aroma's'. Fabrikanten gebruiken liever deze onduidelijke termen, want 'E904' klinkt immers beter dan 'luizenpoep'.
Inhoudsopgave
Karmijn: geplette luizen
In M&M's en roze koeken zit het. Ook in aardbeienyoghurt is het een populair ingrediënt. Karmijn heeft echter niets met aardbeien te maken. Karmijn is een kleurstof die gemaakt wordt uit geplette luizen. De Cochenilleluis (Dactylopius coccus) leeft op cactussen en is vooral geliefd door de mooie rode kleurstof die je krijgt als je deze luizen plet. De luizen zijn vrij kleine beestjes. Er zijn dan ook heel veel luizen nodig om de gewilde kleurstof te kunnen produceren. In Peru, Mexico, Guatemala en Honduras zijn daarom grote plantages met cactussen waar de luizen graag op leven. De luizen worden vervolgens aangebracht op deze cactussen. Het E-nummer van Karmijn is E120. In cosmetica wordt Karmijn aangeduid als CI 75470.
Castoreum: bevergeil
Bevers hebben een klier tussen hun anus en geslachtsorganen. Deze klier produceert het goedje met de naam 'Castoreum', ook wel 'bevergeil' genoemd. De bevers gebruiken deze stof om hun vacht mee in te vetten. In de voedingsindustrie wordt het gebruikt als smaakstof in ijs (met name voor vanille- en karamelsmaken). Het bevergeil kan ook gebruikt worden in drank. Door de hoge prijs van het goedje, gebeurt dat niet zo vaak meer. In Zweden is nog wel een sterke drank verkrijgbaar (Bäverhojt) waar het in verwerkt is. Ook wordt Castoreum gebruikt in sigaretten en cosmetica.
Castoreum of bevergeil heeft geen E-nummer. Volgens de Europese wetgeving moet Castoreum op het etiket worden aangeduid als 'aroma'. Als er sprake is van minimaal 95% natuurlijke bestanddelen mag het aangeduid worden als 'Natuurlijk aroma'. Indien Castoreum in cosmetica gebruikt wordt dan moet er wel 'Castoreum' op het etiket staan. In het geval van parfum is vermelding van 'parfum' als ingrediënt voldoende.
Vislijm: zwemblazen en vinnen
Om bier en wijn helder te maken, wordt vaak gebruik gemaakt van zogenaamde vislijm. Dit is een stof die verkregen wordt uit gedroogde zwemblazen en vinnen van vissen. De zwemblazen en vinnen worden eerst enkele weken lang geweekt en in zuren opgelost. Het troebele papje dat hierdoor ontstaat heeft een positieve lading. Als de vislijm aan het bier toegevoegd wordt, gaan de (negatief geladen) gistmoleculen samenklonteren en zakken naar de bodem. Op deze manier ontstaat een mooi helder biertje.
Vislijm heeft geen E-nummer en de bierproducent hoeft het gebruik van vislijm niet op het etiket te vermelden. Hoewel veel producenten geen gebruik meer maken van vislijm, kan je aan het etiket niet zien of er vislijm gebruikt is of niet. Er bestaat echter wel een digitale databank waar je kan checken bij welk bier vislijm gebruikt is (
www.barnivore.com).
Schellak: luizenpoep
Weet je waarom appels, peren en citrusvruchten vaak zo mooi glimmen? Dat komt door het gebruik van 'Schellak', of wel: luizenpoep. In India leeft een kleine luis met de naam Coccus lacca. Deze kleine luis laat op takken een harsachtig afscheidingsproduct achter. Deze afscheiding (poep) wordt van de takken geschraapt, gedroogd en gefilterd. Het eindproduct wordt gebruikt om allerlei etenswaren te laten glimmen. Het kan hierbij gaan om fruit, maar ook om snoep, chocoladepinda's en bonbons.
Het E-nummer van Schellak is E904. In de praktijk blijkt de Schellak overigens ook vaak wat gemalen luizen te bevatten. Als je een glimmende appel eet, eet je dus niet alleen een beetje luizenpoep maar vaak ook een beetje gemalen luis.
Gelatine: huiden en botten
Op de verpakking van snoep zal je vaak lezen dat er gelatine in zit. Dit is meestal het geval als het gaat om 'rubberachtige' snoep, zoals colaflesjes, winegums en drop. Ook in pudding, kauwgom, stroopwafels en gebak zit vaak gelatine. Gelatine is een eiwitproduct dat verkregen wordt door huiden en beenderen van varkens en koeien een lange tijd in water te laten trekken. De 'soep' die hierdoor ontstaat wordt vervolgens gefilterd, ingedikt en gedroogd. Gelatine wordt ook gebruikt voor de capsules van geneesmiddelen. Deze fraaie, glimmende capsules lijken soms wel van plastic, maar zijn gemaakt van het makkelijk oplosbare gelatine. Gelatine had vroeger een E-nummer (E485), maar wordt tegenwoordig gewoon als 'gelatine' op het etiket vermeld.
L-cysteïne: eendenveren en mensenhaar
Om brooddeeg soepel te houden en minder plakkerig te maken, wordt gebruik gemaakt van L-cysteïne. Dit is een stof die gewonnen kan worden uit mais, maar ook uit eendenveren en menselijke haren. In menselijke haren zit een hoog gehalte L-cysteïne (14%), hierdoor zijn menselijke haren goedkoper in de productie dan andere stoffen. De Europese regelgeving verbiedt echter het gebruik van L-cysteïne die gemaakt is met gebruik van menselijke haren. Hierdoor zou je er gerust op kunnen zijn dat er in Nederland geen menselijke haren gebruikt worden bij het maken van brood. Helemaal zeker is dit echter niet.
Veel L-cysteïne wordt gemaakt in China. Het KRO-programma 'Keuringsdienst van Waarde' heeft dit onderwerp in februari 2014 onderzocht. Met de verborgen camera werden gesprekken met vertegenwoordigers van een paar grote Chinese fabrieken opgenomen. Deze vertegenwoordigers verklaarden dat hun L-cysteïne voor 20% uit eendenveren wordt gemaakt. De resterende 80% kwam uit mensenhaar. Het mensenhaar wordt door de Chinese fabriek verzameld bij kappers. Eerst wordt alle viezigheid, zoals sigarettenpeuken en wattenstaafjes, eruit gehaald. Hierna wordt het haar gereinigd en in de fabriek gebruikt voor de productie van L-cysteïne.
Het E-nummer van L-cysteïne is E920. De stof wordt echter beschouwd als 'technische hulpstof' en niet als 'ingrediënt'. Hierdoor hoeft het gebruik van L-cysteïne niet op de verpakking vermeld te worden.