Alles over drop
In Nederland een van het meest populaire snoepje. Terwijl in het buitenland snoep zoet en vol met felle kleuren moet zijn, is in Nederland een zwart en zout snoepje het meest geliefd. Drop. Waar de naam vandaan komt weet niemand. En waarom het juist in Nederland zo populair is? Ze zeggen dat het komt omdat Nederland voor een groot deel omringt is door zee. En zee is zout, daarom houden wij van zout snoep. Maar of dit nu de echte reden is? Ik weet het niet.
Geschiedenis van drop
Drop is al oud. Echter was het vroeger geen snoepje, maar werd het uitsluitend gebruikt als medicijn. Er komen verhalen uit de 7e eeuw voor Christus, waar de Assyrische koning behandeld werd met drop, toen nog in de vorm van zoethoutwortel. Al snel hadden de mensen dus door dat de zouthoutwortel, wat het hoofdbestanddeel van drop is, een slijmoplossende werking heeft. Het leger van Alexander de Grote en ook bij de Romeinen en Grieken was zoethoutwortel een krachtig middel. Het werd ingezet bij infecties, verkoudheid, maagzweren en zelfs als er geen water in de buurt was, was er zoethoutwortelsap.
In de Middeleeuwen kreeg de zouthoutwortel echter een slechte naam. Doordat de medicijnen gemaakt van zouthout altijd zwart kleurde, bestempelde de middeleeuwers het als duivels.
Het was niet in Nederland waar voor het eerst drop als snoep gebruikt werd. Dat was in Engeland. In 1760 begon George Dunhill, een apotheker, dropartikelen te maken en te verkopen. In eerste instantie als medicijn, maar Dunhill voegde suiker toe en het werd al snel een lekkernij.
Zoethoutwortel
De wortel van de zoethoutstruik is het hoofdbestanddeel van drop. Het stofje glycyrrhizine in deze wortel zorgt voor de specifieke smaak van drop. De Latijnse naam van de zoethoutstruik is dan ook
glycyrrhiza glabra, wat ‘suikerplant’ betekend. Glycyrrhizine is dan ook 50 keer zoeter dan suiker.
De zoethoutstruik groeit o.a. in Spanje, Italië, Irak, Griekenland, Syrië en China.
In oktober wordt er geoogst. Dat is makkelijker gezegd dan gedaan, want de wortels zitten zo´n 4 meter in de grond. Na het oogsten wordt de wortel gedroogd, zodat hij niet schimmelt en lang goed blijft.
Het maken van drop
Drop wordt gemaakt van het sap uit de zoethoutwortel. Na het oogsten en drogen van de zoethoutwortels worden deze geraspt en uitgekookt, wat overblijft een dikke zwarte vloeistof. Deze worden in blokken gegoten en afgekoeld. Dan heb je blokdrop. Deze blokdrop wordt naar Nederland vervoerd.
In de dropfabriek wordt de blokdrop weer warm gemaakt, waardoor hij weer vloeibaar wordt. Allerlei ingrediënten worden toegevoegd zoals suiker, salmiakzout, gelatine en allerlei specifieke ingrediënten voor allerlei verschillende soorten drop. Het vloeibare dropdeeg wordt nu in vormen gegoten. Na het drogen heb je een dropje. Nu wordt er nog schoongeblazen en in glanstrommels mooi glimmend gemaakt. En na het verpakken kunnen ze de winkel in.
Verschillende soorten drop
Er zijn een heleboel verschillende soorten drop. Trekdrop, boerderijdrop, zoete drop, zoute drop enz. Dit moet ook wel, want ieder land lijkt wel zijn eigen voorkeur te hebben: In Scandinavië eten ze graag zoute drop, in Duitsland zoete drop. In zuidelijke landen wordt nauwelijks drop gegeten, en in Nederland eten we eigenlijk alle soorten drop. En nergens wordt zoveel drop gegeten als in Nederland.
Leuke feitjes over drop
- In Nederland eten we gemiddeld 2 kilo drop per jaar per persoon
- Van de stof glycyrrhizine in drop kan je bloeddruk erg stijgen.
- Er bestaan zo’n 12 soorten zoutenhoutstruiken.
- Na verwerking bevat een dropje nog maar 3% blokdrop.