Zeepostelein, een wilde, zilte groente
Het is leuk om zelf je groenten in het wild te vinden. Wilde groenten zijn altijd biologisch-dynamisch. Denk er wel aan dat Zeeland een vrij vervuild gebied is omdat de Westerschelde uitkomt in Antwerpen, België, waar men het niet zo nauw neemt met de milieuregels als in Nederland. In het Waddengebied daarentegen kun je gerust zeepostelein uit het wild opeten. Probeer echter altijd met mate te plukken; het moet niet ten koste gaan van de soort als geheel.
Let op! Dit artikel is geschreven vanuit de persoonlijke visie van de auteur en bevat mogelijk informatie die niet wetenschappelijk onderbouwd is en/of aansluit bij de algemene zienswijze.Botanische tekening zeepostelein /
Bron: Otto Wilhelm Thomé, Wikimedia Commons (Publiek domein)Inhoud:
Waar groeit zeepostelein?
Zeepostelein is een plantje dat 5 tot 30 centimeter hoog wordt en voornamelijk aan het strand of in de duinen groeit. Het leuke aan deze halofyt of zilte plant is dat het eetbaar is. Deze plant leidt een kruipend bestaan maar de uiteinde van de takjes richten zich omhoog, naar het licht. Een oppervlakte van zeepostelein kan al snel een vierkante meter beslaan. Hij heeft groenachtig witte bloemen. Van oorsprong groeit zeepostelein aan alle kustgebieden van de Noordelijke helft van het Noordelijk halfrond, dus zowel aan het Noord-Amerikaanse als Euraziatische continent.
Voorkomen in Nederland
In
Nederland komt zeepostelein zeldzaam voor rond de kustdijken van het IJsselmeer. Dit meer kent brak water omdat het een sluisverbinding heeft met de zee en het vroeger een zee was. Je ziet soms dit plantje tussen de basaltblokken van de dijken. Vroeger groeide het veel vaker rond het IJsselmeer, toen het nog de Zuiderzee was. Nu zie je het plantje vooral aan de Noordzee- en waddenkust.
Fourageren met zeepostelein
Van Alaska tot Ameland kun je in het wild fourageren met zeepostelein. Zeepostelein is een naar mineralen smakende groente. Als je hem kort kookt of blancheert hoef je geen zout te gebruiken.
Groente blancheren zorgt er doorgaans voor dat de voedingsstoffen beter behouden blijven. Dat geldt eigenlijk voor alle zilte groenten. Als je in Nederland zeepostelein wilt zoeken, kijk dan ook eens tussen de basaltblokken van dijken zoals de Afsluitdijk en de Hondsbossche zeewering. Daar groeit hij graag. Pluk hem niet met wortel en al; laat het plantje gewoon verder groeien. Zeepostelein komt maar met mate voor in onze contreien.
Naamgeving zeepostelein
De
Latijnse, wetenschappelijke naam van zeepostelein is
Honckenya peploides. In het Duits wordt zeepostelein Salzmiere of Strandportulak genoemd. In Engeland wordt de plant sea sandwort genoemd en in Canada seaside sandplant. In Alaska wordt de plant ´beach greens´ genoemd, wat zoveel betekent als strandgroente. De Latijnse naam Honckenya is de plant gegeven om de Duitse botanicus Honckeny te eren. Peploides betekent ´vlinders´ in het Grieks. De bladeren van deze plant doen sterk aan vlinders denken omdat ze symmetrisch tegenover elkaar liggend zich uitspreiden aan weerszijden van de stengel.
Eettips zeepostelein
Zeepostelein smaakt enigszins zurig en zoutig. Er zit veel vitamine A en C in. In Duitsland wordt de plant van oudsher gegeten als een soort zuurkool; de bladeren worden gefermenteerd. Zowel de bladeren als de zaden van zeepostelein zijn eetbaar. Ze smaken het best als ze geplukt worden vlak voordat de plant begint met bloeien. Je kunt de bladeren zowel rauw als gekookt eten. Verder kun je de bladeren inleggen in
azijn. Het is ook een goed idee om een soep te verrijken met zeeposteleinblad. Het zaad wordt verpoederd en over het eten gedaan maar het kan ook aan brooddeeg worden toegevoegd.
Zeepostelein in de zilte moestuin
Zeepostelein doet het prima in een tuin met veel zand. De plant heeft geen mest nodig; het voorziet zichzelf van de benodigde meststoffen. Het is een zilte plant dus ideaal voor een moestuin met zilte groenten aan zee of op een waddeneiland. Let er alleen op dat hij niet groeit in de schaduw. Vrijwel alle zilte groenten hebben veel zon nodig om tot volle wasdom te komen. Als je in de buurt van de duinen woont kun je in het najaar de zaailingen uitgraven en in een pot opkweken zodat ze in de lente groot genoeg
Zeepostelein, een ideale zilte moestuingroente. /
Bron: Patrice78500, Wikimedia Commons (Publiek domein)zijn om in de tuin te worden gezet.
Zeepostelein in gewone moestuin
Als je niet aan het strand woont kun je strandomstandigheden simuleren door een zak zand over de aarde te gooien, enkele stenen erin te leggen en zeepostelein in dit speciale stukje grond van je tuin te kweken, eventueel met andere zilte groenten. Denk eraan dat de grond zoutig moet worden gehouden. Viermaal per jaar begiet je de grond met een zoutoplossing met water. Gebruik hiervoor
Keltisch Zeezout of Himalayazout; dat is zout waarin zich alle zeemineralen bevinden. Keukenzout is geprocesseerd voedsel en bevat slechts één mineraal. Zoutige grond heeft alle mineralen nodig die in zeewater zitten.