Vlees, vroeger en nu

Ons dagelijks vlees bestaat uit afgemeten stukken vlees of broodbeleg, voor ons heel normaal. Maar dat was niet altijd zo: de oermens moest veel moeite doen en zichzelf vaak in gevaar brengen om aan zijn dagelijkse portie vlees te komen. En men was daarbij niet kieskeurig: insecten, knaagdieren en kadavers, dingen die we nu niet meer zouden eten, stonden regelmatig op het menu.

De oermens en zijn vlees

De mens uit de steentijd moest met wilde dieren overleven. Hij heeft waarschijnlijk de kunst van het jagen afgekeken en in het begin alleen maar de kadavers opgegeten. Ze werden bedreigd door roofdieren en waren ervoor op de vlucht, maar doodden ze ook als het nodig was. Het jagen heeft zich waarschijnlijk uit noodzaak ontwikkeld, om zich tegen de roofdieren te kunnen verdedigen. Ze deden dit in groepen, waarbij ze hele kuddes dieren opjoegen en de zwakste dieren er uit pikten.

Later veranderde dit pas. Oude tekeningen in holen laten zien dat de hele groep, dus de hele familie, samen gejaagd heeft. Op een gegeven moment veranderde het klimaat en daardoor veranderde ook het dierbestand. In plaats van klopjachten werden het nu sluipjachten, maar het grote aantal kinderen verstoorde de rust en zo moesten de moeders bij de kinderen blijven. De rol van de dieren veranderde ook: het wilde dier werd een overwonnen prooi. Er werden vallen en wapens ontwikkeld om dieren neer te kunnen halen, die te gevaarlijk waren.

De honger naar proteïnerijk vlees dreef de families verder weg door gevaarlijke gebieden, terwijl de natuur veranderde en het dierbestand deels kleiner werd. De steentijdmensen moesten steeds betere jachttechnieken ontwikkelen, om vlees te kunnen eten. Wie dat niet lukte, moest kadavers en kruipende diertjes eten om aan de benodigde eiwitten te komen. Als men geen goed voedsel kreeg, werd men zwakker dan de anderen en de overlevingskansen waren dan beduidend slechter. De zin in vlees heeft ook invloed gehad op de verdere ontwikkeling van de mensheid en de technische vooruitgang.

Wat wel of niet eten

Onze voorvaderen wisten het al als ze oog in oog stonden met een gevaarlijk roofdier: het is eten of gegeten worden. Sindsdien is er veel veranderd. Tegenwoordig gaat men naar de supermarkt en koopt een koteletje of biefstuk. Maar dat is een ontwikkeling die echt miljoenen jaren heeft geduurd. In eerste instantie was de keuze uit vlees beperkt. De meeste Europeanen vinden het een vreemde gedachte om bijv. krokodil te eten. Dat is ook niet gek, want we zijn het niet gewend. Voordat we konden vliegen, waren de dieren niet bekend in Europa en dus ook niet beschikbaar als voedsel. Wat grote invloed had op wat ons in deze tijd smaakt, was de volgende ontwikkeling van de oermens. Ze werden honkvaster en begonnen eetbare planten te verbouwen en dieren te temmen. Plotseling speelden heel andere zaken een rol bij de vraag wat men moest doden en eten. Welk dier kon men goed fokken? Aan welk dier zit het meeste vlees? En welke dieren zijn belangrijk voor andere dingen, als akkerbouw. Runderen, gevleugelte en varkens zijn planteneters en dus makkelijker en goedkoper te voeren dan vleeseters. Bovendien zijn ze makkelijker te houden dan roofdieren. Het was een kosten-baten rekening die bepaalde wat er wel of niet gegeten werd.

Economie en religieuze verboden

Aangenomen wordt dat de basis voor alle voedingsgewoontes bepaald werd door sociale en economische redenen. Dat geldt ook voor de taboes als het verbod op het eten van varkensvlees voor Joden en moslims. In de droge steppes, waar het Joodse volk in de Bijbelse tijden leefden, was het heel kostbaar de varkens te fokken en te verzorgen. In India waren, economisch gezien, koeien enorm belangrijke gebruiksdieren en ook als lastdier waren ze onontbeerlijk. Het was een groot probleem geweest als het volk zijn koeien opgegeten zou hebben, dus slachten werd verboden. Bij het economische verbod kwam ook het religieuze verbod: de Indiase godheid Krishna zou op zijn koe rijden en tot nu zijn koeien daar heilige dieren. Wie in India een koe doodt, is strafbaar en dat heeft zware gevolgen. Maar in vele andere gebieden op aarde worden dagelijks duizenden koeien aan de lopende band geslacht en opgegeten.
© 2011 - 2024 Nadasha, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
BSE (gekkekoeienziekte)BSE (gekkekoeienziekte)BSE, Bovine Spongiforme Encephalopathie, wordt ook wel gekkekoeienziekte genoemd. Deze ziekte word door prionen veroorza…
Halal vlees: wat zijn de regels van het halal slachten?Halal vlees: wat zijn de regels van het halal slachten?Moslims eten alleen het vlees op van dieren die halal geslacht zijn. Dit staat ook wel bekend als halal vlees. Tegenwoor…
Varkens houden als hobbyVarkens houden als hobbyVarkens zijn intelligente, lieve en aanhankelijke dieren. Aan het houden van varkens kan veel plezier beleefd worden. Da…
Malsheid en smaak van vleesVerschillende aspecten kunnen de malsheid en smaak van vlees beïnvloeden. Herkomst van het dier, opslag, verwerking en b…
Voedzame, veelzijdige peulvruchtenPeulvruchten zijn erg gezond. Ze zitten vol eiwit (per 100 gram even veel eiwit als 100 gram vlees), veel vitamines B, i…
Nadasha (203 artikelen)
Gepubliceerd: 14-04-2011
Rubriek: Eten en Drinken
Subrubriek: Diversen
Per 2021 gaat InfoNu verder als archief. Het grote aanbod van artikelen blijft beschikbaar maar er worden geen nieuwe artikelen meer gepubliceerd en nog maar beperkt geactualiseerd, daardoor kunnen artikelen op bepaalde punten verouderd zijn. Reacties plaatsen bij artikelen is niet meer mogelijk.