Tincturae of kruidenaftreksel in alcohol
De naam tinctuur is waarschijnlijk afkomstig van het Latijnse werkwoord tingo, wat verven betekent. Bij de oude alchemisten, de voorlopers van de chemisten, bestond de opvatting dat transmutatie van metalen in hoofdzaak neerkwam op het veranderen van de kleur van het metaal. Zink dat kopergeel kleurt en arsenicum dat koperwit kleurt, waren de middelen om transmutatie, omzetting tot stand te brengen
Pelagius, een alchemist, die waarschijnlijk kort na Zosimus (eerste helft 5de eeuw) leefde, noemt alchemie ook de kunst om te kleuren; onder kleuren verstaat hij echter niet alleen de kleurverandering maar in het algemeen verandering van het metaal, b.v. die van week in hard ijzer of staal. Uit die tijd stamt ook de naam „tinctuur", een middel om de kleur te wijzigen, wat de werking betreft, gelijk aan de steen der wijzen, een term die echter pas in de 9de eeuw in gebruik komt. Tegelijkertijd gebruikt men termen als het „groote elixir" feitelijk een door koken (= elixare) bereide stof, het „groote magisterium" meesterstuk, de „roode tinctuur" om goudkleur aan de metalen te geven.
Raymond Lullius over tinctuur of spiritus
Ook Raymundus Lullius (1235-1315) gebruikt in dit verband de naam tinctuur; van hem is de bereidingsmethode van op onze tincturen gelijkende geneesmiddelen afkomstig. Het is duidelijk dat planten laten trekken in alcohol ook een spirituele, rituele betekenis had. Vandaar dat alcohol ook spiritus genoemd wordt. De magie van de bereidingswijze wordt goed geïllustreerd door Lullius in zijn „De Secretis Naturae": „De Hoogste heeft niet alleen in vuurwater (aqua ardens, alcohol), maar ook in iedere plant, iedere steen, ieder metaal een quinta essentia geschapen van zodanige kracht, dat zij duurzaam is en tevens bewonderenswaardig. . . . Neem dus in den naam des Heeren de stof, waaruit gij de quinta essentia wilt afzonderen, breng haar in de quinta essentia van wijn en plaats haar in de krachtige zon in de lente, of met de kolf op zacht vuur, en binnen drie uren zult gij de quinta essentia van de stof hebben. gemengd met de quinta essentia (n.l. van wijn), die wordt veranderd zodat zij de eigenschappen krijgt van de stof, die er in wordt gebracht, dus als deze warm is of koud of vochtig of reinigend (laxativa) . . . word haar aard ook zo, omdat zij, zoals wij hierboven hebben duidelijk gemaakt, neiging heeft tot deze of gene toestand."
Het medisch gebruik van tincturen.
Het medisch gebruik van tincturen in het algemeen is echter van veel latere datum. Eerst eind 17de eeuw vindt men een meer algemeen gebruik. De eerste Amsterdamsche Pharmacopee (1636) en de talrijke herdrukken van deze Pharmacopee bevatten geen voorschriften voor enkelvoudige tincturen, wel enkele voorschriften voor samengestelde tincturen onder de naam Aquae compositae. De Rotterdamse Pharmacopee van 1709 is het eerste Nederlandse apothekersboek, waarin voorschriften voor enkelvoudige tincturen zijn opgenomen. In de Ph. Batava (1805) zijn voor het eerst algemene voorschriften voor het bereiden van tincturen opgenomen.
De bereiding door macereren, plantendelen laten trekken in alcohol, wordt nu door herboristen het meeste toegepast. In de oude apothekersboeken wordt het als volgt beschreven 'Overgiet de grondstof, tot de voorgeschreven graad van fijnheid gebracht, met de voorgeschreven hoeveelheid vloeistof, en laat 5 dagen staan, onder herhaald schudden, coleer (afgieten) en pers uit. Laat de gemengde vochten 2 dagen staan op een koele plaats, en filtreer daarna.
In de Nederlandsche Pharmacopee V, van zowat 90 jaar geleden, werden onder andere de tincturen beschreven van Aloe, Arnica, Asa foetida, Capsicum, Cinnamomum, Eucalyptus, Gentiana en Valeriana maar ook van zeer sterk werkende, giftige planten zoals Aconitum, Belladonna en Hyosciamus.
Een voorbeeld: Tincturae Arnicae
Bereiding: Bereid uit 10 delen Flores Arnicae door macereren met 100 delen Spiritus dilutus een tinctuur.
Beschrijving: Bruingele, zwak bittere en aromatisch smakende vloeistof, welke naar Flores Arnicae riekt. Wordt tinctura Arnicae met een gelijk volume water verdund, dan ontstaat een geelachtig-wit troebel vocht.
Op het eerste zicht is de bereiding van een tinctuur vrij simpel, toch gewoon plantendelen laten trekken in alcohol. Maar als je er wat langer over nadenkt, besef je dat je met veel factoren rekening moet houden.
- De sterkte van de alcohol, 30% tot 90%
- De verhouding alcohol en kruid, gewichts- of volumeverhoudingen
- De duur en de manier (maceraat, decoct of infuus) van het laten trekken
- Het gebruiken van verse of gedroogde kruiden (verschil in vochtgehalte)
Tincturen of alcoholaturen kunnen dus simpel gemaakt worden, al zijn er ook boeken van 1000 bladzijden over geschreven, bijvoorbeeld het HAB, Homeopatisch Arzneibuch. Tincturen zijn zonder meer bereidingswijzen die zeer praktisch zijn om te maken, die de geneeskrachtige stoffen goed uittrekken en die goed te bewaren zijn en daardoor voor zowel professionelen als liefhebbers een bijna ideale bereidingswijze is.