Suikers en zoetstoffen
Aangezien het aantal mensen met overgewicht in Nederland groeit, wordt van steeds meer producten een light-variant op de markt gebracht. De koolhydraten, oftewel suikers, in het product worden vervangen door zoetstoffen, welke niet bijdragen aan het ontstaan van overgewicht.
De basisvoeding levert verschillende voedingsstoffen. Bekende voedingsstoffen zijn vetten, eiwitten, koolhydraten, vitamines en mineralen. Vitamines en mineralen leveren geen energie, maar zijn wel essentieel voor de gezondheid, de groei en de ontwikkeling van het lichaam. Energie wordt gehaald uit vetten, eiwitten en koolhydraten. De verdeling van energieprocenten* over één dag ziet er voor een gemiddelde Nederlander, met een BMI tussen de 19,0 en de 25,0, als volgt uit:
- Vetten: 20-40 energieprocenten (1 gram vet levert 9 kcal)
- Eiwitten: 10-25 energieprocenten (1 gram eiwit levert 4 kcal)
- Koolhydraten: 40-70 energieprocenten (1 gram koolhydraten levert 4 kcal)
Voorbeeld berekening:
Iemand krijgt op een dag 2250 kcal binnen. De voeding levert:
- 81 gram eiwit: 81 x 4 = 324 kcal. 324/2250 = 0,14. 0,14 x 100 = 14 energieprocent
- 365 gram koolhydraten: 365 x 4 = 1460 kcal. 1469/2250 = 0,65. 0,65 x 100 = 65 energieprocent
- 51 gram vet: 51 x 9 = 459 kcal. 459/2250 = 0,20. 0,20 x 100 = 20 energieprocent
Suikers
In dit artikel wordt verder ingegaan op koolhydraten. Koolhydraten is een andere naam voor suikers. Zoals hierboven te zien is, zijn koolhydraten de belangrijkste bron van energie. Er zijn verschillende soorten koolhydraten. Er zijn koolhydraten die opgebouwd zijn uit enkele bestanddelen, deze noemen we in de volksmond vaak suikers. Maar er zijn ook koolhydraten die opgebouwd zijn uit meer bestanddelen, die worden in de volksmond vaak zetmeel genoemd. Brood, granen, pasta en aardappelen bestaan vooral uit zetmeel, koolhydraten met veel bestanddelen. Suiker, snoep, fruit en melkproducten bestaan uit koolhydraten met weinig bestanddelen. Hoe minder bestanddelen de koolhydraat bevat hoe gemakkelijker het lichaam het vaak kan opnemen. Als er naast deze snelle suikers ook nog andere voedingsstoffen in het product zitten, zoals vezels, gaat de opname van deze suikers al veel minder snel. Brood, granen, pasta, aardappelen, fruit en melkproducten behoren tot de basisvoeding. Uit al deze producten worden koolhydraten gehaald. Bij een ideale dagvoeding worden de meeste koolhydraten uit deze basisvoeding gehaald. Net zoals voor alle andere producten geldt, is ook voor suiker de regel dat het niet gezond is wanneer dit te veel wordt geconsumeerd. Wanneer de basisvoeding wordt ingenomen volgens de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid, is er geen reden voor verandering en kan af en toe iets met snelle suikers worden gebruikt, zoals een lekker tussendoortje.
Soorten suiker
- Glucose (druivensuiker) is de meest voorkomende soort snelle suiker. Glucose bevindt zich naast voeding ook in het menselijk lichaam. Glucose heeft een hoge glycemische index, wat betekent dat het een suiker is die snel wordt opgenomen.
- Fructose (vruchtensuiker) is ook een snelle suiker. Fructose smaakt zoeter dan glucose. Producten die fructose bevatten zijn kristalsuiker, fruit, honing, vruchtendranken en frisdranken. Fructose heeft een lage glycemische index en wordt dus langzaam opgenomen door het lichaam.
- Galactose, de laatste soort snelle suiker, wordt in de dunne darm gevormd uit lactose (melksuiker). Lactose bestaat uit glucose en galactose. Galactose wordt beter opgenomen dan fructose. De glycemische index van galactose ligt tussen die van glucose en fructose in.
Bovenstaande soorten suikers worden ook vaak aan elkaar verbonden, waardoor er nog meer soorten zijn. Al deze soorten komen voor in verschillende producten.
Fructose
De soort waar in dit artikel verder op in wordt gegaan is fructose. Er is veel onderzoek gedaan naar fructose, waaruit blijkt dat fructose een negatieve invloed uitoefent op de gezondheid. Indien fructose in grote hoeveelheden geconsumeerd wordt, kan dit bijdragen aan het ontstaan van diabetes mellitus en hart- en vaatziekten. Het is van belang te weten dat het eten van fruit geen kwaad kan! Fruit bevat namelijk voedingsvezels die de glycemische index verder verlagen. Fruit kan daarom gerust worden gegeten. Frisdrank bevat geen vezels en daarnaast ook weinig voedingsstoffen. Daarom wordt aangeraden frisdrank met mate te drinken.
Zoetstoffen
Van steeds meer producten die suiker bevatten wordt een light-variant op de markt gebracht. De reden hiervan is dat er steeds meer aandacht is voor overgewicht. In tegenstelling tot suikers leveren zoetstoffen geen energie en kan dit niet bijdragen aan het ontstaan of verergeren van overgewicht. De overeenkomst tussen suiker en zoetstoffen is dat beide zorgen voor een zoete smaak aan een product. Van zoetstof is echter maar een klein beetje nodig, omdat dit 20 tot 8.000 keer zoeter is dan suiker. Net zoals dat suiker beperkt mag worden ingenomen, geldt ook voor zoetstoffen een bepaalde aanvaardbare dagelijkse inname (ADI). Het komt bij beperk gebruik zeker niet voor dat deze ADI wordt bereikt.
Een goed voorbeeld van een productgroep waarvan veel light-varianten op de markt zijn gebracht is frisdrank. Zie voor meer informatie hierover het onderstaande gerelateerde artikel over frisdranken.
* Met energieprocenten wordt bedoeld hoeveel energie het lichaam uit een bepaalde voedingsstof haalt, gebaseerd op de totale hoeveelheid calorieën op één dag.