E-nummers uitgelegd: wat zijn E-nummers?
In de meeste voeding die we kopen zitten toegevoegde stoffen, ook wel E-nummers of additieven genoemd. Iedereen is bang voor die E-nummers. Maar weinigen weten dat er ook E-nummers zijn die gewoon een vitamine zijn, zoals vitamine C. Maar welk E-nummer is nu wat?
E-nummers zijn wettelijk geregeld
E-nummers zijn er in groepen. Het gebruik van al deze additieven is overigens bij wet geregeld. In principe mogen alleen E-nummers worden toegevoegd die onschadelijk zijn voor de gezondheid of in zulke kleine hoeveelheden dat de wetenschap er van uitgaat dat ze onschadelijk zijn. Of dat ook werkelijk zo is, blijft natuurlijk de vraag. E-nummers mogen niet worden gebruikt om voedsel dat niet goed meer is, toch geschikt te maken voor consumptie. Ook mogen alleen maar additieven worden gebruikt die op een zogeheten positieve lijst staan. Dit is een lijst waarop staat hoeveel van een E-nummer waar in mag en wat de maximumdosis is.
Codenummer en groepen
De E-nummers die op die positieve lijst staan, hebben een codenummer. Dit nummer geldt in heel Europa. Het is samengesteld uit de letter E die staat voor Europa. En dan volgen er 3 cijfers.
Groepen E-nummer: van kleurstof tot zoetstof
De E-nummers zijn onderverdeeld in groepen. Hieronder staat een overzicht zodat je snel ziet in welke categorie een E-nummer valt.
- E100 tot E199 - Kleurstoffen
- E200 tot E299 - Bewaarmiddelen, conserveringsmiddelen
- E300 tot E399 – Antioxidanten
- E400 tot E499 – Emulgeer-, bind-, en geleermiddelen
- E620 tot E640 – Smaakversterkers
- E420 en E421 – zoetstoffen
- E 950 tot E 960 – Zoetstoffen
Kleurstoffen
De E-nummer 100 tot 199 zijn allerlei kleurstoffen. Dat kunnen synthetische zijn, maar ook natuurlijke. Een natuurlijke kleurstof komt uit een natuurlijk product. Dat kan bijvoorbeeld het rood van een biet zijn of het oranje van een wortel. Die kleuren worden vaak ingezet voor andere producten, dus bijvoorbeeld taart wordt oranjegekleurd met het E-nummer uit wortel. Het is overigens de vraag of deze kleurstoffen vaak zo nodig zijn. Ze worden eigenlijk alleen toegevoegd om een product er aantrekkelijker uit te laten zien.
Bewaarmiddelen en conserveringsmiddelen
De E-nummer 200 tot 299 zijn stoffen die er voor zorgen dat bacteriën en schimmels in verse producten als vlees en kaas worden afgeremd.
Antioxidanten
De E-nummers 300 tot 399 zijn antioxidanten die er voor zorgen dat voedsel minder snel bederft. Dit doen ze door het contact met de lucht te veranderen. Opvallend is dat de meest gebruikte antioxidant vitamine C of ascorbinezuur is. Te vinden op het product met de aanduiding E 300, E301 en E302.
Emulgeert-, bind-, en geleermiddelen
De E-nummers van 400 tot 499 zorgen er voor dat een product stevig wordt of het blijft. Zij zorgen er bijvoorbeeld voor dat er minder vet gebruikt hoeft te worden of dat er geen kristallen ontstaan in ijs. Ook worden ze bijvoorbeeld gebruikt om er voor te zorgen dat er meer water in gekookte ham wordt opgenomen.
Smaakversterkers
De E-nummers 620 tot 640 zijn bedoeld om de smaak te versterken of te veranderen. Het bekendste E-nummer in dit geval is L-glutamaat. Dit is een natuurlijke smaakversterker die zorgt dat iets zouter smaakt.
Zoetstoffen
De E-nummers 420, 421 en 950 tot 960 zijn kunstmatige zoetstoffen die suiker vervangen. Bijvoorbeeld in light-producten.
Zijn E-nummers altijd nodig?
Het is de vraag of E-nummers altijd nodig zijn. Een additief mag eigenlijk alleen gebruikt worden als het onmisbaar of ten minste zinvol is. Voor bewaarmiddelen en antioxidanten is dat volgens de heersende moraal vaak het geval. Maar de E-middelen worden wel heel vaak ingezet. Op bijna elk willekeurig product is wel een E-nummer toegevoegd waarvan je je kunt afvragen of dat echt nodig is. Verbruikersorganisaties vinden dat kleurstoffen en smaakversterkers eigenlijk niet nodig zijn en zij pleiten voor een algemeen verbod op dit soort E-nummers. Een product wordt namelijk in feite beter gepresenteerd dan het is en dat is misleidend.
Hoeveel E-nummers kun je aan zonder dat je er ziek van wordt?
Voor E-nummers is een risico inschatting. Er wordt daarin bekeken of het gebruik van de additieven schade in de gezondheid kan opleveren. Op basis daarvan worden maximale gebruikershoeveelheden vastgesteld. Deze Acceptable Daily Intake is een schatting van de hoeveelheid E-nummers iemand kan consumeren tijdens zijn leven zonder dat dit waarneembare nadelige gevolgen oplevert voor de gezondheid. Volgens de EU Verordening kan niemand daardoor een maximum overschrijden, tenminste als er sprake is van een normaal voedingspatroon. In de hedendaagse maatschappij is een normaal voedingspatroon overigens wel vaak gevuld met E-nummers. Alleen groenten en fruit en wat basisproducten zijn vrij van de E-nummers. Maar in de rest van het industriële voedsel zitten allerlei E-nummers. Daarnaast zit er in veel van dat eten ook vaak veel te veel vet of suiker. Dat is voor mensen net zo slecht als slechte E-nummers. Zo eten mensen bijvoorbeeld vaak veel meer dan de 3 gram zout die nodig is. Met 12 gram ontstaan al gezondheidsproblemen.